Op 14 mei 2020 heeft het Europees Hof geoordeeld over verdere verruiming van de vrije advocaatkeuze voor rechtsbijstandsverzekerden.

Op grond van Europees recht moet in elke polis van een rechtsbijstandsverzekeraar vrije advocaatkeuze bij een gerechtelijke of administratieve procedure zijn opgenomen. Het Europees Hof heeft in 2013 al bepaald dat je als verzekerde met een rechtsbijstandverzekering -in het geval van een procedure- zélf een advocaat mag kiezen. Dit geldt ook als voor de procedure geen verplichting tot bijstand door een advocaat bestaat. Dit is bijvoorbeeld het geval bij kantonzaken (vaak bij arbeids- en huurzaken). In 2016 werd daar door het Europees Hof de administratieve procedures bij het UWV (bijvoorbeeld verweer tegen een ontslagaanvraag bij het UWV), de bezwaarprocedure bij een bestuursorgaan en procedures bij de Raad van arbitrage aan toegevoegd.

Op 14 mei 2020 heeft het Europees Hof een nieuwe uitspraak gedaan naar aanleiding van prejudiciële vragen over het begrip ‘gerechtelijke procedure.’ Gevraagd werd of een bemiddelingsprocedure onder het begrip valt. Het Hof heeft geoordeeld dat het begrip ‘gerechtelijke procedure’ ‘ook betrekking heeft op een procedure voor gerechtelijke of buitengerechtelijke bemiddeling waarbij een rechterlijk instantie betrokken is of kan zijn, hetzij bij het inleiden van de procedure hetzij na afloop ervan’.

Het Hof overweegt dat uit de van toepassing zijnde richtlijnen blijkt dat de vrije keuze van de advocaat of de vertegenwoordiger, tot doel heeft de belangen van de verzekerden adequaat te beschermen. De advocaat-generaal merkt op dat de term ‘procedure’ dus niet alleen de fase van het beroep voor een gerecht in eigenlijke zin, maar ook de fase die daaraan voorafgaat en tot een gerechtelijke fase kan leiden. Daarnaast wordt overwogen dat elke fase die kan leiden tot een procedure bij een rechterlijke instantie, zelfs een voorgaande fase moet worden geacht onder het begrip “gerechtelijke procedure” in de zin van de toepasselijke richtlijn te vallen. Ook wordt door het Hof het doel van de richtlijn aangehaald namelijk te zorgen voor adequate bescherming van de verzekerden, waardoor zij in staat worden gesteld om in de gerechtelijke procedure de bijstand van dezelfde vertegenwoordiger te blijven genieten.

Verzekeraars bepalen in hun polisvoorwaarden de omvang van de vergoeding van de kosten van de externe advocaat. Het Verbond van Verzekeraars heeft zich op het standpunt gesteld dat de recente uitspraak niet geldt voor Nederland omdat Nederland -in tegenstelling tot België, waar de procedure aanving- geen wettelijk geregelde bemiddelingsprocedure kent. In onze visie zijn de overwegingen van het Hof ruimer, zoals hierboven uiteengezet.

Wij begrijpen wel dat de uitspraak een economische tegenvaller is voor verzekeraars en zij hun positie met dit standpunt proberen te beschermen. De verwachting is dat een procedure in Nederland over deze verschillen van mening duidelijkheid zal moeten gaan verschaffen.

Heeft u een rechtsbijstandsverzekering? Wij kunnen in samenspraak met u de rechtsbijstandsverzekeraar benaderen, met het doel vooraf duidelijkheid te verkrijgen over de vergoeding van de kosten voor -de door u gekozen- gedegen, deskundige rechtsbijstand.

 

Pin It on Pinterest

Share This